Geloof je in God? (3) - Hof Zevenbergen hielp me op weg
Mijn brief aan het bisdom Gent kreeg antwoord vanuit Hof Zevenbergen in Ranst. Dat kon niet in vruchtbaarder aarde gevallen zijn, eindelijk vooruit!
Eenzaam
Eind mei 2010, mijn verblijf in Syrië ligt alweer een jaar achter me. Hoewel ik intens was blijven verder zoeken, was ik nog niet veel wijzer geworden. Ook had een knagend gevoel van eenzaamheid zich van me meester gemaakt: ik reisde, bezocht kerken en abdijen, zat ’s avonds in mijn studieboeken, maar altijd alleen, altijd op mezelf.
Het was moeilijk woorden te geven aan dat vage verlangen naar spirituele verdieping, en nog moeilijker om mensen te vinden aan wie ik dit kon en durfde toe te vertrouwen.
Verlossende brief
Juni was nog maar nauwelijks aangebroken of er verscheen een verlossend bericht in mijn mailbox. Mijn openhartige e-mail aan het bisdom waarin ik om wat oriëntering had gevraagd, kon niet in vruchtbaardere aarde gevallen zijn. Hij was aan de goede zorgen van de gemeenschap van Hof Zevenbergen in Ranst toevertrouwd, van wie ik een warmhartig, bemoedigend en uitnodigend antwoord terugkreeg. Voor het eerst sinds lang voelde ik een zucht van verlichting door me heen gaan, een eerste barst in mijn isolement.
Niet veel later zat ik op mijn fiets onderweg naar Ranst. Ik voelde de spanning van het onbekende, maar ook een diepe vreugde. Hoe fijn was het om openlijk met mijn verlangen onderweg te zijn.

In Hof Zevenbergen in Ranst leven leken samen met zusters van het Convent van Betlehem. © Hof Zevenbergen
Toch kon ik niet vermoeden dat dit maar het begin was van een lange reeks openhartige en inspirerende ontmoetingen met Erik en Leen die met hun gezin op het domein wonen, met de zusters van het Convent van Bethlehem. De toegangspoort van Hof Zevenbergen bleek wagenwijd voor me open te staan. Voor mij zoals ik was, jong en zoekend, en vaak ook hevig worstelend met mezelf en met het leven.
Alles mocht er zijn, ik kon er ongedwongen op verhaal komen.
Nieuwe wereld
Met de tijd groeide het verlangen om ook een stukje deel uit te mogen maken van dit bijzondere geheel. Want voor het eerst zag ik hoe geëngageerde en diep bewogen mensen, samen met een levendige religieuze zustergemeenschap, op weg waren gegaan. Ik zocht iets gelijkaardigs. En op een dag durfde ik het te vragen. Ik had ontdekt dat er een studio leegstond en ik vroeg me af of ik de gemeenschap niet een tijdje nabij mocht zijn.
Twee jaar lang zou ik uiteindelijk in Hof Zevenbergen wonen, meedeinend op de golven van het bezinningshuis. Een nieuwe wereld ging voor me open. Het leek alsof ik dagelijks kon baden in een eeuwenoude maar – als ik naar de zusters keek – duidelijk ook verkwikkende spiritualiteit.
Tegelijk een bruisende lekenbeweging die zich samen met de zusters een weg zoekt, een weg van menswording. De talrijke sprekers en activiteiten in het bezinningshuis brachten de verdieping waar ik zo naar op zoek was.
En pater Paolo?
Maar soms glipte ik ook even weg, er waren nog zoveel horizonten te verkennen. In het voetspoor van pater Paolo als jezuïet trok ik voor het eerst naar de Oude Abdij in Drongen om te proeven van de geestelijke oefeningen. Ik sloot me aan bij een pittige leesgroep rond Meister Eckhart in de Roosenbergabdij. Ook bij de trapistinnen in Brecht verkende ik het contemplatieve leven, waar ik al snel een voorliefde voor bleek te hebben.
Hoewel ik diep vanbinnen voelde dat mijn leven op een nog andere manier vorm zou moeten krijgen, werd ik soms beproefd om mijn nee overeind te houden. Na drie meeleefdagen in het slotklooster in Brecht moest ik toegeven dat ik me als een vis in het water gevoeld had. Ik snakte naar die eenvoud, de stilte en die continue verdieping. Maar als zelfs pater Paolo met zijn missie en zijn monastieke gemeenschap me niet had kunnen overtuigen om voor dat leven te kiezen, dan was het ook elders een verloren zaak.
Undercover als 'journalist'
Uit totaal onverwachte hoek dook plots een nieuw spoor op dat me onherroepelijk trok. Ik had al weleens gehoord over een zuster in het hoofdklooster in Duffel, die een beetje als kluizenares te midden van de gemeenschap woonde. Het grootste gedeelte van haar tijd bracht ze door in het iconenatelier waar ze in alle eenzaamheid schilderde. Ze was weleens gevraagd voor een workshop in Hof Zevenbergen, maar dat had ze geweigerd.
Onder het mom van een interview zocht ik haar op. Het artikel heb ik uiteindelijk nooit geschreven, maar wel maakte ik kennis met een bescheiden vrouw van wie de ogen oplichtten als ze over iconen sprak. Het klikte tussen ons. En ook zij had steeds een luisterend oor, ook bij haar kon ik terecht als mijn zoektocht woelig was. Maar ik moest het haar vragen! Of ze me het toch niet wilde leren, ik wou het zo graag.
Ik schilder al sinds mijn tienerjaren met olieverf. Maar misschien konden iconen me wel die stille toegang bieden naar de eenvoud en de verdieping waar ik zo naar hunkerde.
Zuster Joannicia van het Convent van Betlehem in Duffel leerde me iconen schilderen. © Babs Mertens
Ze stemde in, en beetje bij beetje gingen we samen op weg, in vriendschap. Uiteindelijk zou ik met de jaren voor het iconen schilderen zelfs naar Frankrijk trekken, waar ik stages volgde bij een boeiende Chileense iconograaf en frescoschilder. Ik had de smaak goed te pakken, en nog altijd.
Hoe rijk deze jaren in Ranst ook waren, toch bleef ik zoeken. Ik kon mijn plek niet vinden. Ik begon de andere te missen, de moslim allereerst. Hoewel ik in een paradijselijke oord vertoefde, miste ik het om midden in de wereld te staan. En verwarrend genoeg liet ook mijn niet-aflatend verlangen naar een meer contemplatieve levenswijze me niet los.
En zo voelde ik op een dag dat het tijd was deze kostbare plek achter me te laten, en mijn weg verder te zetten. Waarheen die ook zou leiden...
Wordt vervolgd.
Eerder verschenen op kerknet: https://www.kerknet.be/kerknet-redactie/blog/geloof-je-god-hof-zevenbergen-helpt-me-op-weg-3?origin=taxonomy%252Fterm%252F771